Indian Pale Ale?

Sommigen leren het nooit!

Parijs, 7 mei, foto Patrick Moens

Ach, Indian Pale Ale, elke Brouwer maakt wel eens een foutje. Ik zet de feiten nog even op een rijtje voor wie het ware IPA-verhaal heeft gemist.

In oktober 1824 kon je de volgende advertentie lezen in de Caledonian Mercury Newspaper: 'Ale and Table Beer – Brunton & Anderson [Edinburgh] respectfully announce that they continue to carry on business under the same management as formerly, in the old-established brewery, Pale Ale for India made to order'. Bedenk hierbij even dat diverse bieren en ales toen amper in een overzichtelijke kader van bierstijlen werden geplaatst. De naam India Pale Ale werd vervolgens eind januari 1835 voor het eerst gebruikt als bierstijl in een advertentie in de Liverpool Mercury [elk landsdeel of stad had eigen Mercury dag- of weekbladen, het woord Mercury was een verwijzing naar de snelheid waarmee het nieuws werd verspreid]. Bij wat extra zoekwerk komen we in 1790 een advertentie tegen die meldt dat brouwerij Bell's uit Burton-on-Trent in 1790 voor het eerst adverteerde met een bier genaamd Pale Ale. Met andere woorden, India Pale Ale zal zonder twijfel pas later komen [eerste Pale Ale in Buxton Brewery in 1643]. Waarbij aangetekend mag worden dat het harde (mineraalrijke) brouwwater in Burton-on-Trent als het meest ideale werd gezien om hoppige bieren mee te brouwen.

De feiten

Er werden verschillende biersoorten naar India geëxporteerd waarvan de Londense Porter de belangrijkste exponent was, maar ook bieren als Stock Bitter, October, of Old Ale, die speciaal werden geproduceerd die 18 maanden tot wel tien jaar rijpten in bierkelders [dit komt u wellicht bekend voor bij bekende Vlaamse Oud Bruin en Roobdbruine bieren]. Deze bewaarbieren stonden vanwege die rijping (verjaring) ook bekend als wine ales ('a wine of malt', dat zelfs door lokale dokters werd voorgeschreven bij buik- en maagklachten en werden voorgeschreven voor een soort algemeen welbevinden – een verwijzing naar populaire 'wholesome ales'). Porter was in India het populairste bier onder de 'commonners' - het gewone volk - en werd vooral door de soldaten gedronken terwijl de rijkere klasse van officieren, hooggeplaatste ambtenaren en merchant adventurers van de East India Company de voorkeur gaven aan het veel chiquer ogende Pale Ale. De Britse Oost-India Compagnie werd op 31 december 1600 opgericht en werd met een 70-tal schepen al snel een belangrijke speler voor de handel tussen Groot-Brittannië en de kroonkolonies India. Zuid-Afrika, Australië, Canada (en andere delen van Noord-Amerika), Nieuw-Zeeland, delen van China, de Afrikaanse Westkust, het Midden-Oosten en het Caraïbisch gebied zouden later volgen.

Hodgson’s Bow Brewery

In 1752 richtte George Hodgson de kleine Bow Brewe[1]ry op in Londen. De brouwerij was gunstig gelegen in Blackwall aan de Theems niet ver van de dokken waar de schepen van de Oost-India Compagnie aanmeerden en de officieren kwamen bij Hodgson bier inslaan om mee te nemen richting het oosten. Omdat Hodgson de officieren krediet verleende en bovendien zijn prijzen laag hield, werd de brouwerij zeer succesvol en exporteerde al snel heel wat bier richting India. Bieronderzoekers en historici stellen vast dat Hodgson geen speciaal hoog-alcoholisch en sterk gehopt bier brouwde voor India zoals altijd wordt aangenomen. Als de zoon van George, Mark, de brouwerij overneemt wordt het recept echter snel aangepast en komt er wel meer hop in het bier en worden de alcoholvolumes gestaag verhoogd. In 1809 wordt door Hodgson’s Bow Brewery volop reclame gemaakt in de Calcutta Gazette, echter niet met IPA als bierstijl maar met Hodgson’s als merknaam en zo werden de Pale Ale bieren beroemd. Zo geraakte Hodgson’s bier ook bekend onder de expats die terugkeerden vanuit India en het bier al kenden. Dit werd dan wel gedaan onder de naam East India Pale Ale (vanaf 1830). Ook West India Pale Ale – het Caraïbisch gebied – en New England IPA kwamen als van het originele IPA afgeleide bierstijlen op de bierkaart terecht.

Vanaf 1740 tot begin jaren 1820 werden er ook grote hoeveelheden bier zoals Londense Porter en Burton Ale, een donker zoet bier uit Burton-on-Trent, naar Rusland geëxporteerd. Vanaf 1822 legden de Russen de buitenlandse bieren echter dermate hoge importtaksen op, dat de handel volledig stilvalt. Deze gebeurtenis viel samen met het moment dat de East India Company op zoek ging naar nieuwe brouwers. Samuel Allsopp uit Burton-on-Trent ging maar al te graag in op het voorstel om Ale voor India te maken en zo het verlies van de Russische markt te compenseren. Bovendien was het water in Burton-on-Trent ook zeer geschikt voor het brouwen van blond bier. Hodgson’s Bow Brewery werd hierdoor buitenspel gezet en probeerde via advertenties in de jaren dertig de binnenlandse markt te overtuigen waarbij voor het eerst de naam India Pale Ale wordt gebruikt. Toen in 1839 de spoorlijn tussen Burton-on-Trent en Londen werd aangelegd, raakten de bieren van onder andere Bass en Allsopp (tegen lagere prijzen) bekend tot in Londen, wat het einde betekende voor Hodgson’s Bow Brewery en vanaf 1849 staat de brouwerij leeg. Bass werd daarna één van de toonaangevende merknamen in Bitter en Ale. Na de uitvinding van Lager (ondergistende bieren) stierf IPA een langzame dood (vanwege de hoge kostprijs zouden steeds minder brouwers het bier brouwen). Tegen het begin van de 20e eeuw had IPA nog een alcohol volume van amper 4% en werd het slechts door een handvol brouwers geproduceerd. Nog één enkele opmerking over Pale Ale en IPA. De twee bierstijlen werden immens populair omdat ze bleek van kleur waren (en vrijwel helder), totaal anders van smaak en aroma dan men in die tijden gewend was, fris en licht verteerbaar.